Titeren
“Titeren is een waardevolle manier om te zien of uw dier nog voldoende beschermd is na een eerdere vaccinatie. Dit doen we door de hoeveelheid beschermende afweerstoffen tegen een ziekteverwekker in het bloed meten. Zo is het mogelijk om uw huisdier op maat te laten vaccineren op maat en overbodig vaccineren te voorkomen. Met een vaccinatie op maat worden besmettelijke ziektes voorkomen of worden ziekteverschijnselen na besmetting minder ernstig.”
Uw dier wordt uitgebreid onderzocht door de dierenarts en neemt een klein beetje bloed af voor de test. Daarna wordt de uitslag in het vaccinatieboekje of paspoort genoteerd. De titerbepaling wordt afgenomen met behulp van de Vaccicheck. De titerbepaling is inclusief gezondheidscontrole, bloedafname, Vaccicheck en advies.
We hebben geprobeerd om in onderstaand stuk alle feiten over titeren en vaccineren eerlijk en zo duidelijk mogelijk voor u op een rij te zetten.
Wat is titeren?
Bij het titeren wordt er een beetje bloed af en kijken vervolgens hoeveel beschermende antistoffen in het bloed aanwezig zijn na vaccinatie. De hoeveelheid antistoffen, of liever, de dunste verdunning waarbij nog antistoffen zijn aan te tonen in het bloed noemt men “de titer”. Hoe hoger de titer, hoe beter een dier beschermd is tegen de ziekteverwekker. Honden en katten krijgen beschermende antistoffen in hun bloed door :
1) Vaccinatie
2) Ziekte
3) Via een beschermd moederdier, via de placenta of eerste moedermelk (colostrum) krijgt een jong dier tijdelijk afweerstoffen van zijn moeder mee (maternale antilichamen)
Titerbepaling bij honden
Bij de hond is het mogelijk om te titeren voor de volgende ziekteverwekkers:
- Hondenziekte (Canine Distemper Virus)
- Besmettelijke Hepatitis (Canine Adeno Virus-2)
- Parvo
Wij meten de titer na de vaccinatie tegen Distemper, Hepatitis en Parvo. Dit wordt ook wel de “DHP-enting” genoemd. Delta Dierenartsen maakt voor de titerbepaling gebruik van de VacciCheck, waarmee wij een goede inschatting kunnen maken van de bescherming van uw huisdier.
Het is niet mogelijk om te titeren voor:
- Besmettelijke hondenhoest (kennelhoest)
- Leptospirose (ziekte van Weil)
Titerbepaling is bij deze ziektes niet zinvol, omdat er geen relatie is aangetoond tussen de titer en bescherming van het dier.
Bij de kat is het mogelijk om te titeren voor de volgende ziekteverwekkers:
- Kattenziekte (Panleukemie)
- Niesziekte (Herpes, Calici)
Waarom titeren ?
Door te titeren kan het basis vaccinatieschema individueel worden aangepast aan de gezondheid, leeftijd en de leefomstandigheden van een huisdier. Mogelijk kan zelfs de frequentie van het vaccineren omlaag gebracht worden brengen.
Niet vaccineren is geen oplossing, maar titeren is een zinvolle manier om vaccineren tot een noodzakelijk minimum te beperken en toch weten dat je huisdier goed beschermd is.
De redenen om te titeren kunnen voor huisdiereneigenaren divers zijn, maar één van de redenen die wij vaak horen is dat men gehoord of gelezen heeft dat vaccinaties schadelijk zouden zijn. Op het internet circuleren soms allerlei enge verhalen.
Is vaccineren schadelijk of nuttig ?
Zonder vaccins zouden veel dieren overlijden aan dodelijke (virus)infecties. U kunt uzelf en uw huisdier veel ellende besparen door uw dier op de juiste manier te laten vaccineren. Dit is ook de mening van de WSAVA (World Small Animal Veterinary Association). Dit neemt niet weg dat diezelfde WSAVA en ook wij vinden dat je altijd kritisch moet blijven kijken naar de noodzaak van sommige vaccins en de frequentie van toediening. Wij vinden dat je ook oog moet hebben voor eventuele bijwerkingen. Bijwerkingen na een inenting blijken erg zeldzaam en meestal mild, maar ze kunnen voorkomen.
Feiten en fabels
Naast alle wilde verhalen op internet is het goed om eens eerlijk te kijken naar wat er bekend is over bijwerkingen met vaccinaties. De WSAVA rapporteert een aantal wetenschappelijke studies waarin men hierover gegevens heeft verzameld. Hieruit blijkt dat sommige bijwerkingen bij vaccinatie kunnen optreden (zoals overgevoeligheidsreacties). Verder zijn er studies over vaccinaties waarvan de resultaten elkaar tegenspreken of worden er gezondheidsproblemen aan vaccinaties toegeschreven waarvoor geen enkele wetenschappelijke onderbouwing bestaat.
In Nederland is de registratie van diergeneesmiddelen (dus ook van vaccinaties) en de toezicht op bijwerkingen in handen van het Bureau Diergeneesmiddelen. Er is een overkoepelend EU-orgaan dat toezicht houdt op de veiligheid van (dier)geneesmiddelen, de European Medicines Agency (EMA).
Deskundigen zijn het er over eens dat de voordelen van vaccinatie vele malen groter zijn dan de nadelen.
Vaccineren moet dan wel gebeuren op het moment dat dit zinvol is.
Bijwerkingen bij honden
Meestal gaat het hier bij bijwerkingen om een pijnlijke plek op de plaats waar de injectie gezet is, een milde en voorbijgaande lichaamstemperatuur of diarree. Dit gaat vrijwel altijd vanzelf over. Bij de zeldzame gevallen gaat het in de meerderheid om voorbijgaande acute overgevoeligheidsreacties.
Bijwerkingen bij katten
Katten kunnen, net als honden, milde ziekteverschijnselen krijgen na vaccinatie. Een allergische reactie is zeldzaam. Bij katten worden tumoren beschreven op plekken waar eerder injecties (niet alleen vaccinaties) werden gegeven (injection site sarcoma). De kans hierop is 0,01 tot 0,1%.
Wel of niet vaccineren?
Door uw huisdier te vaccineren tegen belangrijke ziektes, beschermt u uw huisdier. Zonder vaccins zouden veel dieren overlijden aan dodelijke (virus)infecties. Door hondenziekte, kattenziekte, niesziekte, parvo en de ziekte van Weil overlijden helaas nog veel te veel dieren, ook in Nederland. Ook onder honden is ziekte van Weil een punt van zorg (2). Vaccineren blijft zeker raadzaam. Tegelijkertijd vinden wij dat het geen zin heeft om te vaccineren tegen ziekten die in de omgeving van uw dier niet voorkomen of waarvan het effect niet is bewezen. Vaccineren heeft ook geen zin als uw huisdier nog voldoende beschermd is. Dit is meetbaar door te titeren.
Wel vaccineren, maar tegen welke ziekten dan ?
De Vaccination Guideline Group (VGG) van de WSAVA (World Small Animal Veterinary Association) adviseert daarom nadrukkelijk dat -indien mogelijk- ALLE honden en katten gevaccineerd worden tegen de meest belangrijke ziektes. Deze ziektes worden “Core ziektes” genoemd. Vaccineren beschermt namelijk niet alleen individuele dieren, maar het geeft ook “groepsbescherming”. Groepsbescherming minimaliseert de kans op uitbraak van infectieuze ziekten in een land. Deze groepsbescherming treedt pas op wanneer 75% van alle huisdieren in Nederland zijn gevaccineerd. Zo zijn er in Nederland de laatste jaren geen bekende uitbraken van hondenziekte meer geweest, omdat de meeste honden jarenlang voldoend beschermd zijn geweest. Dit komt door een actief vaccinatiebeleid.
Groepsbescherming
Het is heel belangrijk dat alle honden in Nederland goed beschermd blijven, want als dat niet meer het geval is, kan één besmette hond de ziekte als een lopend vuurtje verspreiden, zoals in de jaren ‘90 in Finland is gebeurd en duizenden honden plotseling zijn gestorven. Wanneer we zouden stoppen met vaccineren, dan is het slechts een kwestie van tijd voordat ziekten als hondenziekte en besmettelijke leverziekte in Nederland weer de kop opsteken. In landen om ons heen en bij dieren die in het wild leven komen deze ziekten dan ook nog steeds voor. Gevallen van Parvo zien wij daarom helaas ook nog. Dierenarts-specialisten zien zelfs nog vaker problemen door “zeldzame ziekten”. De conclusie: zolang er alleen gezonde dieren worden gevaccineerd, is de kans op bijwerkingen verwaarloosbaar klein in verhouding tot de grote voordelen die vaccinatie biedt.
Waarom titeren als vaccineren nodig blijft ?
Tegelijkertijd zegt de VGG ook dat vaccins niet onnodig gegeven dienen te worden:
“The recognition that we should aim to reduce the ‘vaccine load’ on individual animals in order to minimize the potential for adverse reactions to vaccine products and reduce the time and financial burden on clients and veterinarians of unjustified veterinary medical procedures.”
Met andere woorden: ook al is de kans op bijwerkingen van een vaccin klein, er is zeker kans op een bijwerkingen. Dus als het niet strikt noodzakelijk is om te vaccineren, omdat het dier nog voldoende beschermd is, dan adviseert de WSAVA … niet vaccineren. Na de eerste serie van vaccinaties bij een puppy of kitten moet een herhalingsvaccinatie op de leeftijd van uiterlijk één jaar gegeven worden, zo stelt de VGG. De “Core vaccins” zouden daarna niet vaker dan 1x per drie jaar gegeven dienen te worden.
Essentiële vaccinaties
In Nederland wordt de DHP vaccinatie bij de hond en de Panleukopenie (kattenziekte) Herpes/Calici (niesziekte) vaccinatie bij de kat als essentieel beschouwd. De keuze of een vaccinatie essentieel is, kan per land en per regio verschillen. Zo wordt in de VS de vaccinatie tegen leptospirose niet gezien als essentieel, maar in Nederland wordt de vaccinatie tegen Leptospirose wel als essentieel gezien. Vaccinatie tegen besmettelijke hondenhoest (kennelhoest) is van belang voor de honden met een groter risico. Honden die een groter risico lopen zijn honden met een korte neus en schedel, maar ook honden die met grote aantallen honden in aanraking komen. Daarmee kan een vaccinatie tegen hondenhoest voor sommige honden essentieel zijn. In landen waar andere ziekten inheems zijn, zoals hondsdolheid, wordt in dat land het vaccin tegen hondsdolheid ook tot de core vaccins gerekend.
Vaccineren doe je nooit klakkeloos, maar vaccineren is ALTIJD maatwerk. Samen met een dierenarts die gekend is met titeren en eigenaar wordt het risico voor uw huisdier bepaald en zal er bekeken worden welke vaccinaties nodig zijn.
Is mijn huisdier nog goed beschermd?
De meeste fabrikanten garanderen een bescherming van minimaal 3 jaar tegen DHP. De DHP vaccins blijken erg goed te werken, want uit studies blijkt dat sommige honden wel langer beschermd zijn dan 3 jaar, soms wel tot 7 jaar! Het is echter onbekend welke honden langer dan 3 jaar beschermd zijn. Met een titerbepaling zoals de VacciCheck is hier meer over te zeggen. De WSAVA staat achter het gebruik van titerbepalingen zoals de VacciCheck. Van andere infecties is echter duidelijk dat de bescherming van het vaccin korter is, zoals voor leptospirose (Ziekte van Weil, 10 maanden) en de verwekkers van kennelhoest. Ook de vaccinaties tegen de verwekkers van niesziekte bij de kat geven een minder solide bescherming en is daarom van kortere duur. Dit komt omdat voor een goede bescherming tegen plaatselijke infecties (zoals kennelhoest en niesziekte) vooral een plaatselijke bescherming in de neus en luchtwegen van belang is. Die houdt meestal minder lang aan.
Voor welke ziekten kan een titerbepaling gedaan worden?
Honden: Voor hondenziekte, parvo en besmettelijke leverziekte. Katten: kattenziekte en niesziekte. Een titerbepaling voor rabiës kan worden bepaald door een extern laboratorium. Het is niet mogelijk om te titeren tegen leptospirose (ziekte van Weil) en besmettelijke hondenhoest (kennelhoest). De geheugencellen die bij een infectie met leptospirose aan het werk gaan, moeten jaarlijks gestimuleerd worden. De antistoffen tegen hondenhoest en niesziekte worden daar waar het nodig is, op het slijmvliesoppervlakte in de voorste luchtwegen (neus, keel en luchtpijp) aangemaakt. Deze titer is niet in het bloed aantoonbaar.
Een jaarlijkse vaccinatie tegen leptospirose is nodig om honden te beschermen tegen leptospirose. De meest betrouwbare vaccinatie op dit moment om besmettelijke hondenhoest te voorkomen is een druppel enting in de neus. Een jaarlijkse vaccinatie tegen kennelhoest is de beste manier om honden te beschermen tegen besmettelijke hondenhoest. Voor katten in Nederland is een jaarlijkse vaccinatie tegen nieszieke verstandig. Jaarlijks vaccineren tegen niesziekte vermindert de kans op infectie en vermindert ziekteverschijnselen wanneer er toch een besmetting plaatsvindt.
Is titeren goedkoper dan vaccineren?
Titeren is geen vervanging voor vaccineren. Titeren bepaalt het tijdstip wanneer vaccineren weer aantoonbaar nodig is. Of dit goedkoper is dan vaccineren hangt af van de uitslag van het titer onderzoek en de ziekte waar tegen gevaccineerd dient te worden. Bij een lage titeruitslag is het aan te bevelen om uw huisdier aansluitend te vaccineren. In dat geval bent u niet goedkoper uit. Meestal is titeren niet goedkoper dan vaccineren en is het meestal duurder dan enten volgens een vast schema, maar dit wel ten gunste van de gezondheid van uw dier.
Wat is in de prijs van het titeren inbegrepen?
Uw dier krijgt een uitgebreid lichamelijk onderzoek, een kleine bloed afname en de uitslag wordt genoteerd in het vaccinatieboekje of paspoort. Het doen van een titerbepaling is inclusief bloedafname, gezondheidscontrole en een advies op maat. Voor het toedienen van vaccinaties na de titerbepaling is een dierenarts zelfs wettelijk verplicht om een gezondheidscontrole uit te voeren.
Als uit de test blijkt dat mijn dier onbeschermd is, wat zijn dan de kosten als ik mijn dier alsnog laat vaccineren ?
Bij de VacciCheck zijn de kosten voor de jaarlijkse gezondheidscontrole inbegrepen, u betaalt voor iedere individuele, aanvullende vaccinatie direct na de VacciCheck daarom een extra bedrag per afzonderlijk gegeven vaccin.
Hoe snel krijg ik de uitslag ?
Na het doen van de test wordt de uitslag in het vaccinatieboekje of paspoort genoteerd, reken op een 45 minuten.
Is titeren wel wetenschappelijk ?
Ja, de WSAVA onderschrijft de waarde van antilichamen bepaling (2016).
Is de uitslag van de titerbepaling geldig voor pension, shows en wedstrijden?
De uitslagen en de datum van een volgende check worden in het paspoort ingeschreven. Voor een pensionbezoek of hondensportvereniging is ook een tijdige vaccinatie tegen de bacteriële component (Bordetella) van besmettelijke hondenhoest zeer aan te raden en wordt meestal ook verplicht gesteld. De Dibevo staat inmiddels titeren toe voor toelating tot pensions. Informeer daarom bij uw pension, hondensportvereniging of zij de uitslag van de VacciCheck accepteren, want dit is tot nu toe geen plicht. De Raad van Beheer heeft titeren geaccepteerd voor hondenshows. Voor buitenlandse honden is rabiës nog steeds verplicht.
Is titeren betrouwbaar ?
Op basis van de gegevens over gevoeligheid en specificiteit van de titerbepaling die wij gebruiken (Vaccicheck) kun je stellen dat titeren betrouwbaar is. In de VS als in Engeland worden deze tests al langer op grote schaal gebruikt. Voor parvo, hondenziekte. hepatitis en kattenziekte is bewezen dat er een zeer sterke correlatie bestaat tussen de aanwezigheid van virus neutraliserende antilichamen in het bloed en de bescherming tegen infectie en ziekte.
Wat zijn nadelen van titeren ?
Voor het bepalen van een titer dient een klein beetje bloed afgenomen te worden. Voor sommige dieren kan dit vervelend zijn. Door het ontbreken van bepaalde monovaccins is afzonderlijk vaccineren tegen hondenziekte, hepatitis en kattenziekte helaas niet mogelijk. De gevoeligheid van de Vaccicheck is voldoende betrouwbaar, maar is niet voor alle bepalingen 100%. Dit betekent dat je soms voldoende antistoffen meet, terwijl er niet veel afweerstoffen aanwezig zijn, maar ook dat je meet dat de hond weer gevaccineerd moet worden, terwijl dit niet noodzakelijk is. Deze kleine kans op een “fout” nemen wij mee in ons advies of een dier al weer wel of nog niet hoeft te worden gevaccineerd. Bij niesziekte spelen meer factoren een rol en daarom adviseren wij om alle katten jaarlijks tegen niesziekte te vaccineren, vooral in omgeving Dronten, Biddinghuizen, Swifterbant, Lelystad.
Als ik titer, hoef ik dan niet meer jaarlijks naar de dierenarts ?
Ook de VGG/WSAVA die het belang van titeren erkent is een sterke voorstander van een regelmatige gezondheidscontrole door een dierenarts, minimaal één keer per jaar . Tijdens de jaarlijkse gezondheidscontrole wordt uw huisdier volledig onderzocht en worden eventuele problemen vroegtijdig opgespoord. U krijgt advies over zorg, preventie en `vaccinatie op maat`. Voorkomen is beter dan genezen! Het is niet altijd aan de buitenkant te zien of uw dier iets mankeert. Sommige ziekten komen plotseling of onverwacht en zijn eenvoudigweg niet te voorzien. Dat betekent dat een jaarlijkse gezondheidscontrole niet alles kan opsporen. Gelukkig kan vaak met een tijdige aanpak wel veel narigheid worden voorkómen en dat is nog steeds altijd beter dan genezen. Wij adviseren om jaarlijks te vaccineren tegen de ziektes leptospirose (Weil), besmettelijke hondenhoest (kennelhoest) en niesziekte.
Wanneer heeft het zin om te beginnen met titeren?
Kan ik volwassen honden laten titeren ?
Titeren kan altijd, maar het is zinvoller om dit een strategisch tijdstip te doen. Als een hond 4 jaar is wordt na de basisvaccinaties op pupleeftijd de eerstvolgende DHP-inenting gegeven. Dit is een strategisch moment waarop u een volwassen hond zou kunnen laten titeren. Is de bescherming niet meer afdoende, dan adviseren wij uw hond weer te vaccineren. Daarbij is het soms noodzakelijk om toch combinaties van meerdere inentingen te geven. Zo kunnen de Distemper (hondenziekte) en Hepatitis vaccinatie uitsluitend in combinatie met en Parvo gegeven worden. Alleen tegen Parvo kan apart gevaccineerd worden.
Kan ik pups laten titeren ?
Pups titeren kan op ieder moment, op zijn vroegst vanaf 6 weken. Uit onderzoek blijkt dat nog niet bij alle pups de antistoffen van de moeder uit het lichaam verdwenen zijn op 12 weken. De meeste pups die in een normale, beschermde omgeving opgroeien en waarvan de moeder ook goed is beschermd door vaccinatie, zullen worden beschermd door de antistoffen in de eerste levensweken. Als deze moederlijke antistoffen nog volop aanwezig zijn, zal de vaccinatie er niet in slagen om voldoende bescherming te bieden. Het kan dus verstandig zijn om op 16 weken nogmaals in te enten of op dat moment een titerbepaling te laten doen om te kijken of de inentingen wel zijn aangeslagen. Fokkers en nieuwe huisdiereigenaren kunnen hun dier ook al eerder dan 16 weken laten titeren om op maat te laten vaccineren. Een gekwalificeerd Vaccicheck dierenarts spreekt graag alles met u door.
Pups
Een pup of kitten wordt gemiddeld in de eerste 6 tot 9 weken van zijn leven beschermd door deze afweerstoffen, maar ze worden langzaam afgebroken. Daarom is het belangrijk dat een pup of kitten gevaccineerd wordt als hij niet meer voldoende beschermd is, zodat het dier zelf antistoffen op gaat bouwen. Maar hoe lang duurt die bescherming?
Dat is afhankelijk van:
- De hoeveelheid antistoffen in het bloed van het moederdier
- Hoeveel colostrum het puppy of kitten drinkt.
Beide punten variëren. We weten in ieder geval wel zeker dat bij alle pups en kittens na 16 weken de bescherming door deze antistoffen volledig is verdwenen.
Dus een dier dat nooit is gevaccineerd, ouder is dan 16 weken en zelf de ziekte niet heeft doorgemaakt, zal dus NOOIT een “titer” hebben opgebouwd en ONBESCHERMD zijn. Het is veel te gevaarlijk om jonge dieren waarvan de immuunstatus niet bekend is, pas op 16 weken leeftijd te gaan vaccineren. Als ze namelijk al op 9 weken niet meer beschermd worden door afweerstoffen kan dat voor ziektes als parvo en kattenziekte heel snel dodelijk zijn.
Vaccinatieschema hond
Bij het opstellen van een vaccinatieschema is het uitgangspunt dat regelmatige vaccinaties wellicht noodzakelijk zijn, maar dat overbodig hervaccineren moet worden voorkomen. Dit advies kan door de jaren heen worden herzien als daar wetenschappelijk aanleiding toe is.
Huidige schema
Het standaard advies voor vaccinaties van pups is op dit moment: Op 6, 9 en 12 weken en daarna op 1 jaar leeftijd. Zoals het schema op dit moment is opgesteld, zijn de meeste jonge honden op 1 jaar leeftijd voldoende beschermd. Het kan zijn dat een hond, op dat moment, nog voldoende antistoffen bij zich heeft, maar dat valt alleen te meten met een titerbepaling.
Kittens
Kittens worden in de eerste weken van hun leven beschermd door afweerstoffen uit de moedermelk. Deze bescherming verdwijnt tussen de 6 en 16 weken leeftijd. Op deze leeftijd zijn kittens daarom heel vatbaar om een infectie op te lopen. De titer tegen kattenziekte is betrouwbaar. Wij raden jaarlijkse vaccinatie aan, onafhankelijk van de titer.
Vaccinatieschema kat
Het standaard advies voor vaccinaties van kittens in Nederland waarvan niet bekend is hoeveel afweerstoffen ze in hun bloed hebben, is op dit moment:
6 weken: Bij kittens van niet-gevaccineerde moederdieren zoals zwerfdieren.
8-9 weken: 1e keer Kattenziekte en Niesziekte (calicivirus en herpesvirus)
12 weken: 2e keer Kattenziekte en Niesziekte
16 weken: Op plaatsen waar veel dieren zijn of waar een hoog risico is op infectie zoals asiels en eventueel catteries. Als de moederpoes net gevaccineerd is of als de moederpoes net een natuurlijke infectie met niesziekte heeft doorgemaakt.
Op 1 jaar: Kattenziekte en Niesziekte, daarna kattenziekte om de 3 jaar. Niesziekte: Omdat niesziekte een complexe ‘ziekte; is waar een hoop zaken een rol spelen in de besmetting en bescherming zijn wij van mening dat het beter is om elke kat in de omgeving van Dronten en Biddinghuizen jaarlijks tegen niesziekte te vaccineren, ook dieren die binnenshuis leven, mede omdat niesziekte zeer besmettelijk is en de gevolgen ernstig zijn. Niesziekte kan dodelijk aflopen of geeft in het meest gunstige geval blijvende (chronische) klachten.
Wat kunnen goede redenen zijn om te titeren ?
- Controleren wat de status van bescherming is van een hond of kat. Ook bij honden uit het buitenland met een onduidelijke of onbekende vaccinatiestatus. Zo kunnen wij controleren of ze nog beschermd zijn
- Dieren met een onstabiele, chronische aandoening of dieren die bepaalde medicijn krijgen
- Om te controleren of een dier na een eerdere vaccinatie nog voldoende antistoffen heeft tegen ziektes.
- Dieren met een verminderd immuunsysteem
- voor fokkers: het opstellen van een individueel vaccinatieschema voor pups. Met de VacciCheck bepalen we wat het beste moment is om te starten met vaccineren
- Controleren of de vaccinaties goed zijn aangeslagen
Sommige honden reageren niet op vaccinaties. Die noemt men ook wel “Non-responders”. Andere honden bouwen wel bescherming op, maar bouwen die bescherming niet op met afweerstoffen maar met afweercellen. Deze bescherming met afweercellen is heel lastig te meten en te beoordelen in de praktijk.
- Dieren die eerder een ernstige reactie hebben gehad op de vaccinatie.
Wat zijn GEEN goede redenen om te titeren ?
- Om geld te besparen
- Om helemaal nooit te vaccineren
Vervangt titeren het vaccineren?
Nee, vaccineren redt dierenlevens. Vaccineren blijft noodzakelijk om ziekte te voorkomen. Niet vaccineren is geen oplossing, maar door te titeren is er een manier om op maat te vaccineren en weten dat je huisdier goed beschermd is. Vaccineren tegen leptospirosis, besmettelijke hondenhoest en niesziekte dient jaarlijks te gebeuren om uw huisdier te beschermen.
Proveto cursus Faq & Facts Vaccineren (2016 ) Prof. Nauwynck, Dr. Egberink, Drs Duivesteijn
“Leptospirose: bovenaan de differentiaal diagnose? Van incidentie tot preventie”, Marloes van Dijk Faculteit Diergeneeskunde Veterinair Microbiologisch Diagnostisch Centrum GGG” Najaarsdag 5 november 2016
www.vaccicheck.nl
deltadierenartsen.nl